Vlaanderen en het Hasjemitische Koninkrijk Jordanië hebben een samenwerkingsakkoord voor audiovisuele coproductie gesloten. Dat akkoord maakt het makkelijker om Vlaams-Jordaanse coproducties officieel te erkennen. Erkende producties hebben betere toegang tot internationale steun, nationale steunmaatregelen en kunnen beschikken over een groter productiebudget.
De Jordaanse filmsector kent sinds de jaren 2000 een sterke groei. Het land zette zich in 2003 internationaal op de kaart met de oprichting van de Jordaanse Koninklijke Filmcommissie (JKF). De Jordaanse prinses Rym al-Ali is uitvoerend commissaris van de JKF en toonde eerder al interesse in een samenwerkingsakkoord met Vlaanderen. Ook Vlaams minister-president en minister van cultuur Jan Jambon onderkent de waarde van het Arabisch koninkrijk als partner. Op 5 juli ondertekenden Luc Delrue, secretaris-generaal van het Departement Cultuur, Jeugd & Media, en de Jordaanse minister van Cultuur, Ali Al-Ayed, het akkoord op de Filmcommissie in Amman.
Toegang tot nationale steunmaatregelen van betrokken landen
In een coproductieakkoord leggen de verdragsluitende overheden voorwaarden vast waaraan een productie moet voldoen om erkend te worden als officiële coproductie. De status van officiële coproductie zorgt ervoor dat de erkende productie als een ‘nationale productie’ wordt behandeld in de coproducerende landen. Dat betekent dat een Vlaams-Jordaanse coproductie, die als zodanig is erkend door het VAF (Vlaams Audiovisueel Fonds), toegang heeft tot de nationale steunmaatregelen van de betrokken landen. In België gaat het onder andere om de taxshelter-regeling en in Jordanië is er de Tax Rebate, die in 2018 werd ingevoerd om de productie van films op een fiscale manier aan te moedigen.
Vanuit de Vlaamse filmsector is er alvast heel wat interesse in de mogelijkheden die het akkoord met zich zal meebrengen, zo ook voor de nieuwe langspeelfilm Rebel. De film vertelt het beklijvend verhaal van de Molenbeekse Nassim en wordt door niemand minder dan Adil El Arbi en Bilall Fallah geregisseerd. Momenteel zijn de twee regisseurs op locatie in Jordanië voor de opnames. Door het coproductieakkoord zal de Vlaamse audiovisuele sector vlot gebruik kunnen maken van Jordaanse infrastructuur, financiële tegemoetkoming en de fantastische filmlocaties die het land te bieden heeft.
Minister Jambon reageert enthousiast: “Dit akkoord brengt heel wat nieuwe mogelijkheden met zich mee op zowel financieel als artistiek vlak. De erkenning van coproducties zorgt ervoor dat een grote barrière voor samenwerking wegvalt. Op deze manier kan de Vlaamse filmsector meegenieten van het ondersteunend beleid in Jordanië. Bovendien zetten we met het akkoord een belangrijke stap in de verkenning van de ruimere Arabische filmwereld.”